Welkom bij Stars Massageschool. Uniek in Twente. Niet dromen maar doen!

GEWRICHTEN & BANDEN 
Rhus Tox  Arnica  Ruta
Calcium Carbonicum   Cilicea
 
Het lichaam telt een groot aantal gewrichten, die onderling verschillen in bouw, funktie en bewegelijkheid. Sommige gewrichten raken vrijwel nooit geblesseerd, andere des te meer. Pols-, knie-, enkel- en heupgewrichten zijn blessuregevoelig. Zij zijn dan ook van dezelfde familie: het zijn allemaal zogenaamde synoviale gewrichten. Onbeweegbare gewrichten, zoals de verbinding tussen de schedelbeenderen, raken vrijwel nooit geblesseerd.
De meeste aandacht zal dan ook besteed worden aan de synoviale gewrichten.


Synoviale gewrichten en hun banden
De synoviale gewrichten zijn niet eenvoudig van bouw. Om een gewricht te vormen, zijn minimaal twee botstukken nodig. De uiteinden van die botstukken zijn bekleed met kraakbeen; het gewrichtskraakbeen. Bij volwassenen wordt dit gedeelte van het gewricht niet van bloed voorzien, het geneest daarom ook slecht of helemaal met. Bij kinderen die nog in de groei zijn, is er nog wel sprake van bloedtoevoer naar het kraakbeen. Om het gewricht heen ligt een kapsel met gewrichtsbanden, die de verschillende onderdelen bij elkaar houden. Deze banden bestaan uit vezelig, elastisch bindweefsel. Ze zijn daardoor in staat om mee te rekken en tegelijkertijd stevigheid te geven; een soort super elastiek. Sommige gewrichten, zoals de knie, hebben bovendien banden die binnenin het gewricht lopen. Bij de knie zijn dat de kruisbanden.
Deze banden worden wel van bloed voorzien en kunnen zich na een blessure dan ook goed herstellen. De binnenkant van het kapsel heeft een speciale weefsellaag, die kenmerkend is voor de synoviale gewrichten, de ‘synovium'. Deze laag scheidt een smeer- en voedingsmiddel voor de gewrichten af, genaamd ‘synovia'. De banden en het kapsel van het gewricht zijn bijzonder goed doorbloed. Ze genezen dan ook gemakkelijk. De banden van een gewricht raken geblesseerd bij overrekking, dus als een gewricht een grotere beweging maakt dan eigenlijk mogelijk is. Net als bij de spierblessures worden verrekkingen van de banden ingedeeld in categorieën om de ernst aan te geven. Ook hier is categorie 1 de lichtste: daarbij gaat het om een verrekking zonder dat de band gescheurd is. Categorie 3 is wederom de zwaarste blessure: zij wordt gebruikt om blessures aan te geven waarbij 75% of meer van de band gescheurd is.

Homeopathie
Met behulp van een aantal homeopathische middelen kun je het herstel
bespoedigen. Onmiddellijk na het oplopen van de blessure kun je beginnen
Arnica D6 in te nemen, 4x 10 druppels elk halfuur. Als de pijn en zwelling zijn verminderd kun je overgaan op Ruta D6. Blijft er een stijf gevoel achter in het gewricht, neem dan Rhus toxicodendron D6. Blijft er een gevoel van zwakte over, probeer dan Calcium carbonicum D6. Voor deze laatste drie middelen geldt de dosering: 3x daags 10 druppels of 1-2 tabletten.

Is de band grotendeels gescheurd, gebruik dan na Arnica zowel RutaD6 als
Rhus toxicodendron D6, want dit zijn allebei middelen die een helende werking hebben op gewrichtsbanden en pezen. Het beste is om ze afwisselend in te nemen: 3x daags van elk 10 druppels of 1-2 tabletten.
Bij een verrekking kun je eveneens Rhus toxicodendron D6 gebruiken, direct na de verrekking 4x 10 druppels om het halfuur. Daarna 3x daags 5 druppels.
Als je regelmatig je banden verrekt, kun je gedurende twee maanden
Silicea D6 gebruiken, 3x daags 1 tablet. Silicea heeft de eigenschap dat het bindweefsel steviger maakt; omdat gewrichtsbanden vooral uit bindweefsel bestaan, kan het daarvoor goed gebruikt worden. Je moet het dan wel langere tijd achter elkaar innemen. Uitwendig kun je de behandeling ondersteunen met Arniflor zalf in de eerste fase van de blessure. Nabehandelen met SRL gelei.
 
Home