Welkom bij Stars Massageschool. Uniek in Twente. Niet dromen maar doen!

Homeopathie

 

 

 


SCHEURING VAN EEN PEES OF SPIER

In je lichaam zitten meer dan 425 spieren. Elke spier is met pezen aan het beenderstelsel verbonden. Je kunt je spieren beschouwen als de motoren van je lichaam, die beweging mogelijk maken. Veel spieren zitten direct onder de huid. Geen wonder dus dat spieren en pezen vaak geblesseerd raken: het zijn er veel, ze doen zwaar werk en ze zitten aan de buitenkant van je lichaam.

Blessures aan spieren en pezen staan in de top van meest voorkomende sportletsels. Hiervan betreft het in bijna de helft van de gevallen een scheuring van het vlezige gedeelte van de spier: het spierlichaam. Ongeveer net zo vaak komt het voor dat de spier scheurt op de overgang tussen spierlichaam en pees. In ernstige gevallen kan de pees van de spier losscheuren, of wel aan de spier vast blijven zitten, maar van het bot losscheuren. Om de ernst van de blessure aan te geven worden ze ingedeeld in categorieën, waarbij 1 de lichtste is en 3 de zwaarste. In de lichtste categorie is minder dan 10% van de vezels gescheurd. In de zwaarste categorie is meer dan de helft van de vezels gescheurd en in het ergste geval zijn ze allemaal afgescheurd. Door de huid heen is dan een gat in de spier te voelen. De ernst van de blessure is afhankelijk van de kracht die op dat moment door de spier geleverd werd. Meestal is een spierscheuring het gevolg van een plotselinge krachtsexplosie, zoals bij de start van een sprint. Maar deze blessure kan ook tijdens veel rustiger gebruik optreden.
De kans op een spierblessure wordt groter als je aan een bepaalde spier al eerder een blessure hebt opgelopen, na een gebrekkige of slechte warming-up, door vermoeidheid en langdurige blootstelling aan koude.

Homeopathie
Homeopathische geneesmiddelen stimuleren het zelfherstellend vermogen dat ons lichaam bezit, en kunnen bij sportblessures dus een goede ondersteuning zijn. We noemen enkele homeopathische middelen die de genezing van een
spier- of peesscheuring kunnen bespoedigen. Onder het acute stadium verstaan we de eerste uren na het ontstaan van het letsel.
In het acute stadium: Arnica D6, 4x 10 druppels om het half uur innemen, daarna nog 2x om het uur 10 druppels innemen.
Na het acute stadium kun je overgaan op Rhus toxicodendron D6, 2x daags 10 druppels.
Uitwendig: Amiflor gelei in de eerste dagen, mits de huid onbeschadigd is.
Bij een beschadigde huid uitwendig behandelen met Belliflor ge!.
Als nabehandeling nog enige dagen het gekwetste gebied met SRL gelei in masseren.
 
 

 
KNEUZINGEN
 
Een van de meest voorkomende blessures is een kneuzing. Daarbij raken in de meeste gevallen ook de spieren beschadigd. Een kneuzing ontstaat in de meeste gevallen door een zogenaamd ‘stomp trauma', dat wil zeggen een klap, een slag, een stoot of een trap. Gewoonlijk is een kneuzing het gevolg van een val of een verkeerde beweging tijdens het sporten. Het oppervlakkige weefsel, de huid, raakt hierbij niet beschadigd, maar het onderhuidse weefsel of de daaronder liggende spieren wel. Bij iedere kneuzing scheuren ook bloedvaten en treedt dus een bloeduitstorting op. Het bloed sijpelt tussen de weefsels door en komt vroeg of laat aan de oppervlakte, waar het als een blauwe plek zichtbaar wordt. Bij een kneuzing is de pijn meestal scherp, we zien een behoorlijke zwelling en het gebied kleurt blauw. Trek bij een gekneusde enkel altijd direkt je schoen uit, omdat anders te veel druk ontstaat wanneer de enkel flink gaat zwellen.

Homeopathie
In het acute stadium kun je Arnica D6 gebruiken; begin daar direct mee nadat het letsel ontstaan is en neem 4x elk half uur 10 druppels. Daarna een aantal malen 10 druppels om het uur, tot de pijn en de zwelling verdwijnen. Arnica is een middel dat zwelling en blauwe verkleuring tegengaat, door het heropnemen van vocht en bloed in de bloedvaten te stimuleren. Daarom is Arnica bij bijna alle blessures een goed middel om mee te beginnen. Als het geblesseerde lichaamsdeel na de acute fase stijf wordt en je bij het begin van elke beweging pijn hebt, kun je Rhus toxicodendron D6 gebruiken, 3x daags 10 druppels. Daarmee zullen de stijfheid en de startpijn in de meeste gevallen snel verdwijnen. Bij sommige mensen blijft er daarna een zwak gevoel over, alsof je elk moment door het betreffende gewricht kunt zakken. Dan kun je
Calcium carbonicum D6 gebruiken, 3x daags 1-2 tabletten. Als de kneuzing op een bijzonder gevoelige plaats zit, en zenuwweefsel is beschadigd, neem dan ook Hypericum D6 in, 3x daags 10 druppels gedurende de eerste week.
Uitwendig: In het acute stadium Arniflor zalf gebruiken. Bij een beschadigde huid in plaats van Arniflor Belliflor gel kiezen. Bij een scheenbeenkneuzing past Ruta zalf heel goed (bij voorkeur dan ook Ruta D6 innemen, 3x daags 10 druppels). Een middel dat je uitwendig kunt gebruiken bij de nabehandeling van een kneuzing, is SRL gelei. Naar behoefte meermalen daags inmasseren.
 
 

 
ERGE SPIERPIJN

Naast de hiervoor beschreven spierblessures, zijn er nog een aantal spierklachten die minder verstrekkende gevolgen hebben. Eén van die ongemakken is spierpijn — meestal niet ernstig, maar wel heel vervelend. Jaarlijks krijgt ongeveer een kwart van onze bevolking te kampen met spierpijn, en dat gemiddeld tien keer per jaar. Elke sporter zal hier dus ongetwijfeld regelmatig last van hebben. Spierpijn is meestal een gevolg van overmatige inspanning of een kneuzing, maar kan ook veroorzaakt worden door een vitamine H tekort. Vitamine H (biotine) komt voor in o.a. eierdooier, melk, pinda's, eetbare paddestoelen en bloemkool. Andere verschijnselen van vitamine H tekort zijn: gebrek aan eetlust, vermoeidheid en schilferende, bleekgrijze huid. Biotine behoort tot de vitamine B-groep; je kunt deze vitamine als supplement vaak vinden in een vitamine B-complex. In de meeste gevallen is spierpijn te voorkomen door een goede opbouw van de training. Spierpijn of stijfheid van de spieren komt vaak door te intensief trainen of aan het begin van het sportseizoen, als de spieren enigszins uit vorm zijn. Spierpijn treedt meestal acht uur tot een dag na de inspanning op. Als de pijn zich beperkt tot één plaats, moet je er rekening mee houden dat er sprake kan zijn van een spierblessure. Rust en rustig bewegen helpen om de spierpijn af te laten nemen.

Homeopathie
Bij spierpijn kun je Arnica D6 en Rhus toxicodendron D6 gebruiken. Neem beide middelen 4x om en om in, het ene kwartier Arnica, het volgende kwartier Rhus. Daarna eventueel nog één of twee dagen 2x daags van beide middelen 10 druppels nemen, tot de spierpijn verdwenen is.
Als je spieren niet alleen pijnlijk, maar ook stijf zijn, kun je Bryonia D6 en
Rhus toxicodendron gebruiken, om en om, 4x elk half uur 10 druppels. Dan nog enkele dagen 2x daags 10 druppels van beide middelen innemen.
Uitwendig: Belliflor gel kun je gebruiken om de pijnlijke spieren mee te masseren, bij spierpijn na flink sporten. Deze gel kun je ook goed van tevoren gebruiken, om spierpijn zoveel mogelijk te voorkomen.

 

 
KRAMP IN SPIER
 
Een ander veel voorkomend en vervelend verschijnsel is spierkramp.
Meestal is spierkramp het gevolg van overmatige inspanning van de spieren of stress. Zij kan echter ook optreden door overmatig mineralenverlies
(vooral van Kalium en Magnesium) of door uitdroging. Als je tijdens inspanning veel zweet, verlies je zowel vocht als mineralen. Om deze oorzaak van kramp te voorkomen, doe je er daarom goed aan zowel voor, tijdens als na het sporten voldoende water te drinken. Isotone dorstlessers bevatten daarnaast ook de nodige mineralen. Vooral bij zwemmen komt kramp vaak voor, meestal alleen in de kuit, maar soms ook in andere spieren. Niet alleen tijdens het sporten, maar ook ‘s nachts in bed kun je plotseling geplaagd worden door een hevige kuitkramp. Je kuitspieren worden keihard en de pijn is hevig. Een dergelijke verkramping kan op dat moment worden veroorzaakt door een ongemakkelijke houding in bed, een onverwachte beweging in je slaap, door vermoeidheid of als je de dag ervoor een grote lichamelijke inspanning hebt geleverd.

Homeopathie

Een algemeen middel is Cuprum Pentarkan, goed te proberen als je regelmatig last hebt van spierkrampen: 3x daags 1 tablet. Specifiek voor kuitkramp is Cuprum aceticum D4, 3x daags 1-2 tabletten.
Uitwendig: een wrijvende massage, waarbij je Arniflor gelei of Bellifor gel als massagemiddel kunt gebruiken, en voorzichtige beweging kunnen de kramp opheffen.

 

 
PEESONTSTEKING
 
De meest voorkomende peesblessures zijn peesontsteking en peesscheuringen. Als het gaat om de meest geblesseerde pees is de achillespees in de kuit de onbetwiste koploper. Andere vaak getroffen lichaamsdelen zijn de schouder, de
onderarm en het onderbeen. Een achillespeesontsteking komt nogal eens voor bij sporten waarbij veel hard gelopen wordt. Dat is ook direct de reden dat deze pees tot de meest geblesseerde behoort. Immers, bij de meeste sporten wordt hard gelopen. De ontsteking ontstaat door een beschadiging van de pees. Dat kan bijvoorbeeld gebeuren als bij een plotselinge krachtexplosie de kuitspier, waarvan de achillespees de pees is, zich krachtig samentrekt.
De kuitspier is een hele sterke spier; bij een krachtige samentrekking komt er dan ook een enorme kracht op de achillespees te staan. Soms is die kracht zo groot dat er kleine scheurtjes in de pees ontstaan. Die scheurtjes kunnen echter ook op dezelfde manier ontstaan als de ‘vermoeidheidsbreuken' in botweefsel, namelijk door een langdurige overbelasting, bijvoorbeeld tijdens het lopen van een marathon. Ook een gebrekkige warming-up kan oorzaak zijn van een peesontsteking. Je begint dan een prestatie te leveren terwijl er eigenlijk een te hoge beginspanning in je spieren en pezen bestaat.
En hoe hoger de spanning in spier en pees, hoe groter de kans op een blessure.
Daarnaast kunnen slechte schoenen of een te harde ondergrond het ontstaan van een achillespeesontsteking bevorderen.
Een peesontsteking begint sluipend. In het begin zul je er niet veel meer last van hebben dan een vervelend, zeurend gevoel. Daarbij komt dat een peesontsteking de nare gewoonte heeft om na rust meer pijn te doen dan na enige beweging. Tijdens een training zal de pees in het begin bijzonder pijnlijk zijn maar als je door blijft lopen, zakt de pijn af. Op die manier hou je zelf de peesontsteking in stand, want juist de beweging die de ontsteking in de eerste plaats veroorzaakte zorgt er naderhand voor dat de pijn vermindert.
Echter, de pijnvermindering geldt alleen op het moment dat je aan het trainen bent, want een paar uur na je training komt de pijn nog heviger terug dan ervoor.
Zoiets kan natuurlijk niet goed blijven gaan en na een week of twee is de pijn haast niet meer uit te houden. De meeste sporters gaan pas dan naar een arts.

Een peesontsteking komt niet alleen aan de achillespees voor, maar ook op andere plaatsen, zoals de pees van de biceps (buigspier van de bovenarm).
De verschijnselen en behandeling zijn daarbij vrijwel gelijk aan die van de achillespees, maar de oorzaak is anders. De pees van de biceps loopt door een groef in het bovenarmbot, en als de pees langs de botranden schuurt, ontstaat een peesontsteking. Het meest opvallende kenmerk is pijn aan de voorkant van je schouder. Soms kun je het gevoel hebben dat er iets verschuift, of dat de pees op het bot ergens achter blijft hangen en plotseling losschiet.
Een dergelijke peesontsteking komt voor bij sporten waarbij de armen veel gebruikt worden, zoals tennis, squash, honkbal, cricket en turnen.

Een derde, veel voorkomende plaats voor een peesontsteking, is de onderkant van de kniepees. Dit is een ware mammoetpees, die ongeveer zo dik is als een vinger en enorme krachten verwerkt. Bij hardlopen krijgt deze pees een kracht van ongeveer 750 kilo te verwerken, springen vergroot die kracht zelfs tot 1200 kilo! De meeste kniepeesontstekingen ontstaan dan ook door springen. Door de herhaalde grote kracht die op de pees komt te staan, raakt deze geïrriteerd en kan uiteindelijk gaan ontsteken. De pijn van een kniepeesontsteking voel je aan de bovenkant van je scheenbeen, daar waarde kniepees op het scheenbeen aanhecht. Hurken en springen zijn de pijnlijkste activiteiten.

Homeopathie

Er zijn twee homeopathische middelen die een helende werking op de pezen hebben, namelijk Ruta en Rhus toxicodendron. Ruta D6 kun je gebruiken als je het gevoel hebt alsof de pees te kort is en je een moe gevoel hebt in je been, schouder of arm. Als de pijn erger wordt door bewegen, vooral als het een stekend soort pijn is, kun je naast Ruta ook Rhus toxicodendron D6 innemen.
Wanneer de pijn ‘s nachts in bed erger wordt door de warmte en kou juist verbetert, kun je Ledum D6 erbij innemen. Voor alle drie de middelen geldt 3x daags 10 druppels. Als de ontsteking zich uitbreidt, kun je daarnaast Echinacea oertinctuur gebruiken, 3x daags 5-10 druppels. Echinacea is een middel dat de afweer verhoogt en ontstekingen tegengaat.

 

 
PEESSCHEDEONTSTEKING
 
Veel pezen lopen in een soort tunnel: de peesschede. Deze schede heeft een binnenbekleding van hetzelfde weefsel als de binnenkant van het kapsel van een synoviaal gewricht. Dit weefsel produceert een glijmiddel, zodat de pees soepel door de schede kan glijden. Bovendien wordt de pees hierdoor gevoed.
Als de pees ontstoken is, raakt de binnenkant van de peesschede ook geïrriteerd en zwelt op. Door de zwelling kan de pees moeilijk in de schede heen en weer glijden en voelt stijf aan. Homeopathie zie peesontsteking.

 

 
ZWEEPSLAG
 
Een zweepslag is een ernstige blessure en voor vele sporters een bekend begrip. Als blessure is de zweepslag eigenlijk een scheuring van de kuitspier.
Bij een zweepslag scheurt de kuitspier op de overgang tussen spier- en peesweefsel, door een te grote kracht of overrekking. Door langdurige overbelasting of ongetraindheid wordt de kans op een zweepslag vergroot.
In het begin voel je niet zoveel, maar in de loop van enige uren krijg je steeds meer pijn, de kuit zwelt en de kuitspier wordt stijf. De pijn is scherp en hevig, je kunt absoluut niet op je been staan.

Homeopathie zie spierscheuring.

 

 
GEWRICHTEN & BANDEN
 
Het lichaam telt een groot aantal gewrichten, die onderling verschillen in bouw, funktie en bewegelijkheid. Sommige gewrichten raken vrijwel nooit geblesseerd, andere des te meer. Pols-, knie-, enkel- en heupgewrichten zijn blessuregevoelig. Zij zijn dan ook van dezelfde familie: het zijn allemaal zogenaamde synoviale gewrichten. Onbeweegbare gewrichten, zoals de verbinding tussen de schedelbeenderen, raken vrijwel nooit geblesseerd.
De meeste aandacht zal dan ook besteed worden aan de synoviale gewrichten.


Synoviale gewrichten en hun banden
De synoviale gewrichten zijn niet eenvoudig van bouw. Om een gewricht te vormen, zijn minimaal twee botstukken nodig. De uiteinden van die botstukken zijn bekleed met kraakbeen; het gewrichtskraakbeen. Bij volwassenen wordt dit gedeelte van het gewricht niet van bloed voorzien, het geneest daarom ook slecht of helemaal met. Bij kinderen die nog in de groei zijn, is er nog wel sprake van bloedtoevoer naar het kraakbeen. Om het gewricht heen ligt een kapsel met gewrichtsbanden, die de verschillende onderdelen bij elkaar houden. Deze banden bestaan uit vezelig, elastisch bindweefsel. Ze zijn daardoor in staat om mee te rekken en tegelijkertijd stevigheid te geven; een soort super elastiek. Sommige gewrichten, zoals de knie, hebben bovendien banden die binnenin het gewricht lopen. Bij de knie zijn dat de kruisbanden.
Deze banden worden wel van bloed voorzien en kunnen zich na een blessure dan ook goed herstellen. De binnenkant van het kapsel heeft een speciale weefsellaag, die kenmerkend is voor de synoviale gewrichten, de ‘synovium'. Deze laag scheidt een smeer- en voedingsmiddel voor de gewrichten af, genaamd ‘synovia'. De banden en het kapsel van het gewricht zijn bijzonder goed doorbloed. Ze genezen dan ook gemakkelijk. De banden van een gewricht raken geblesseerd bij overrekking, dus als een gewricht een grotere beweging maakt dan eigenlijk mogelijk is. Net als bij de spierblessures worden verrekkingen van de banden ingedeeld in categorieën om de ernst aan te geven. Ook hier is categorie 1 de lichtste: daarbij gaat het om een verrekking zonder dat de band gescheurd is. Categorie 3 is wederom de zwaarste blessure: zij wordt gebruikt om blessures aan te geven waarbij 75% of meer van de band gescheurd is.

Homeopathie
Met behulp van een aantal homeopathische middelen kun je het herstel
bespoedigen. Onmiddellijk na het oplopen van de blessure kun je beginnen
Arnica D6 in te nemen, 4x 10 druppels elk halfuur. Als de pijn en zwelling zijn verminderd kun je overgaan op Ruta D6. Blijft er een stijf gevoel achter in het gewricht, neem dan Rhus toxicodendron D6. Blijft er een gevoel van zwakte over, probeer dan Calcium carbonicum D6. Voor deze laatste drie middelen geldt de dosering: 3x daags 10 druppels of 1-2 tabletten.

Is de band grotendeels gescheurd, gebruik dan na Arnica zowel RutaD6 als
Rhus toxicodendron D6, want dit zijn allebei middelen die een helende werking hebben op gewrichtsbanden en pezen. Het beste is om ze afwisselend in te nemen: 3x daags van elk 10 druppels of 1-2 tabletten.
Bij een verrekking kun je eveneens Rhus toxicodendron D6 gebruiken, direct na de verrekking 4x 10 druppels om het halfuur. Daarna 3x daags 5 druppels.
Als je regelmatig je banden verrekt, kun je gedurende twee maanden
Silicea D6 gebruiken, 3x daags 1 tablet. Silicea heeft de eigenschap dat het bindweefsel steviger maakt; omdat gewrichtsbanden vooral uit bindweefsel bestaan, kan het daarvoor goed gebruikt worden. Je moet het dan wel langere tijd achter elkaar innemen. Uitwendig kun je de behandeling ondersteunen met Arniflor zalf in de eerste fase van de blessure. Nabehandelen met SRL gelei.

 

 
VERDRAAIEN EN VERSTUIKEN 
Verstuikingen, verdraaiingen en verzwikkingen zijn de meest voorkomende sportblessures in Nederland. In veel gevallen worden deze termen door elkaar gebruikt en ze zijn ook moeilijk van elkaar te onderscheiden. Over het algemeen is de ernst van de blessure afhankelijk van de verschillende weefsels die erbij betrokken zijn.
Als je je enkel verzwikt zal alleen het onderhuids bindweefsel overrekt worden en zul je er vrijwel geen last van ondervinden.
Bij een verstuiking (distorsie) worden ook de banden van het gewricht overrekt; alle verstuikingen zijn dus bandbeschadigingen. In ernstige gevallen kan de band zelfs geheel of gedeeltelijk scheuren. Het gewricht zal in deze gevallen ook altijd blauw verkleuren en zwellen.
De genezing vergt veel meer tijd.
Verdraaide gewrichten kunnen ook zwellen en blauw worden, maar in die gevallen hoeft er geen beschadiging aan de banden te zijn.

Homeopathie
Zoals bij de meeste kwetsuren geldt ook hier: beginnen met Arnica D6, 4x 10 druppels elk half uur. Arnica beperkt de zwelling en de omvang van bloeduitstortingen. Verdraaide of verstuikte gewrichten, gewrichtsbanden en pezen reageren goed op Rhus toxicodendron D6, 3x daags 1 tablet.
Hypericum D6 is het middel dat past bij verstuiking van zenuwrijk weefsel, bijvoorbeeld een verstuikte vinger of teen.
Uitwendig: bij zwellïng kun je altijd een kompres aanleggen dat gedrenkt is in een oplossing van Arnica tinctuur (een theelepel op een kwart liter water), of het gewricht inmasseren met Amiflor zalf. Let er wel op, dat je Arnica en Arniflor alleen kunt gebruiken als de huid onbeschadigd is. Bij een beschadigde huid vormt Belliflor gel een goed alternatief.

 

 
KRAAKBEEN 
De uiteinden van de botstukken die een gewricht vormen, zijn bekleed met kraakbeen: het gewrichtskraakbeen. Bij volwassenen wordt dit gedeelte van het gewricht niet van bloed voorzien; het geneest daarom ook slecht of helemaal niet. Bij kinderen die nog in de groei zijn, is er nog wel sprake van bloedtoevoer naar het kraakbeen. In sommige gewrichten zijn bovendien hulpstructuren aangebracht. In de knie zijn dat bijvoorbeeld de ‘menisci' (meervoud van meniscus). Dit zijn kraakbeenringen die er voor zorgen dat de gewrichtsvlakken zo goed mogelijk op elkaar aansluiten en bovendien dienst doen als schokbreker. Net als het gewrichtskraakbeen zijn deze ringen niet doorbloed en herstellen dus ook niet na een blessure. Dat is ook de reden waarom zoveel meniscusblessures uiteindelijk operatief behandeld moeten worden.
Net als de andere delen van een gericht kan ook het kraakbeen geblesseerd raken. Hierna volgen een paar voorbeelden van zulke blessures.

 

 
MENISCUSBLESSURE 
 
Een gescheurde meniscus is een veelvuldig voorkomende knieblessure, die meestal ontstaat door een val op de knie of een botsing met een tegenstander. Een dergelijke blessure komt vaak voor bij voetballers en heeft dan ook de bijnaam ‘voetbalknie' gekregen. De beweging waarbij een meniscusscheuring het vaakst optreedt, is als het onderbeen op de grond staat, er tegelijkertijd veel kracht op uitgeoefend wordt en het bovenbeen op het onderbeen draait. Eigenlijk een draaiing van het lichaam terwijl het been nog op de grond staat, met andere woorden een draaiing om je eigen lengte-as. De kraakbeenschijf wordt tijdens zo'n beweging als het ware platgewalst, waardoor hij barst of scheurt. De meniscus kan door een grote kracht in één keer scheuren, maar er kan ook een klein scheurtje of barstje ontstaan, dat door verder trainen steeds groter wordt. Wanneer de meniscus scheurt, voelt dat alsof er iets losschiet in je knie. In de loop van de volgende uren wordt de knie stijf door de zwelling en kun je hem niet goed meer buigen. De pijn zit aan de kant waar de
meniscus gescheurd is.
Als er een stukje van de meniscus afgescheurd is, kan dat door het gewricht heen verplaatsen. Als dat gebeurt, kun je je knie meestal niet meer helemaal strekken: je knie zit op slot'. De klachten die je hebt bij een klein scheurtje of barstje zijn meestal met een paar dagen verdwenen. Dat wil echter niet zeggen dat het scheurtje genezen is! Kraakbeen herstelt niet, daarom kan een meniscusblessure steeds weer terugkomen. Telkens als je een bepaalde draaiende beweging in je knie maakt (de beweging waarbij de blessure ontstaan is) kun je last krijgen van de gescheurde meniscus. Dat gebeurt niet alleen tijdens sporten, maar ook tijdens hele normale dagelijkse bewegingen.
Naast het optreden van pijn en zwelling, zit er nog een vervelende kant aan een gescheurde meniscus. Eén van de belangrijke functies van de meniscus is die van schokbreker tussen de botuiteinden van het onder- en bovenbeen.
Als de meniscus gescheurd is, zullen de gewrichtsvlakken van de botstukken bij beweging langs de gescheurde meniscus wrijven, waardoor het kraakbeen op die vlakken ruw en onregelmatig wordt. Dit wordt degeneratie van het gewrichtskraakbeen genoemd en kan uiteindelijk leiden tot slijtage (artrose). Daarom wordt een gescheurde meniscus in de meeste gevallen operatief verwijderd. Na een dergelijke operatie moet je ongeveer drie weken met krukken lopen. Door intensieve oefentherapie ben je meestal zes weken na de operatie weer in staat om kleine afstanden hard te lopen of te zwemmen.
Na drie maanden kun je in de meeste gevallen weer volop trainen
en sporten.

Homeopathie
In het acute stadium kun je Arnica D6 innemen, 4x 10 druppels om het halfuur, om de zwelling tegen te gaan. Dan onmiddellijk een arts raadplegen.
Uitwendig kun je het herstel ondersteunen met Arniflor zalf.
 
 

 
KNIESCHIJF 
 
Een andere kraakbeenblessure aan de knie is slijtage van het kraakbeen van de knieschijf. De knieschijf (patella) ligt aan de voorzijde van de knie in de pees van de bovenbeenspieren. De achterkant van de knieschijf is bekleedt met gewrichtskraakbeen. Bij bewegingen van het been glijdt de knieschijf heen en weer over het kniegewricht. Op den duur kan het gewrichtskraakbeen ruwer worden door slijtage. Door een val op je knieschijf of een trap of stoot recht tegen je knieschijf kan er een kleine beschadiging in dat kraakbeen ontstaan. Het oppervlak is dan niet meer egaal en de slijtage gaat veel sneller.
Daarbij is pijn aan de voorkant van je knie het eerste verschijnsel.
Die pijn wordt erger als je een tijdje met gebogen knieën hebt gezeten, omdat de achterkant van je knieschijf dan tegen de gewrichtsvlakken wordt gedrukt.
Ook als je veel kracht zet met je bovenbeenspieren is dat het geval, bijvoorbeeld bij traplopen, springen of tegen een helling oplopen.
Als er al een flinke slijtage bestaat, kun je dat ook voelen door je knieschijf met je hand te bewegen. Een gezonde knieschijf glijdt soepel heen en weer over het kniegewricht, bij een knieschijf met slijtageverschijnselen voel je een soort knisperen als je hem heen en weer beweegt. De behandeling van een dergelijke blessure bestaat uit rust en versterking van de bovenbeenspieren. Raadpleeg hierbij een deskundige.
Als er nog geen sprake is van slijtage, maar het kraakbeen aan de achterkant van je knieschijf is wel geïrriteerd — bijvoorbeeld door een langdurige inspanning — kun je dezelfde klachten krijgen. In die gevallen is het ook verstandig een tijdje rustig aan te doen en zo weinig mogelijk activiteiten te ondernemen die zware inspanning van je bovenbenen vragen.

Homeopathie
Bij geïrriteerd kraakbeen kun je Calcium fluoratum D6 innemen, 3x daags 1 tablet. Calcium complex is een samengesteld middel dat erger kan voorkomen, als er al gewrichtsslijtage is opgetreden. Het verbetert de opname van kalk uit de voeding. Innemen: 3x daags 1 tablet.
 
 

 
GEWRICHTSKRAAKBEEN 
 
Tot nu toe zijn we er steeds vanuit gegaan dat kraakbeen niet doorbloed is en daarom ook niet herstelt na een blessure. Dat is echter niet helemaal waar.
Het gewrichtskraakbeen van synoviale gewrichten wordt gevoed door het synoviale vocht. Daardoor kunnen hele kleine of oppervlakkige beschadigingen wel genezen. Zo'n genezing gaat echter altijd met de vorming van littekenweefsel gepaard, waardoor het gewrichtsoppervlak minder glad wordt dan het daarvoor was.
Een lichte kraakbeenbeschadiging of een overbelasting van het kraakbeen merk je, doordat het betreffende gewricht pijn gaat doen bij inspanning.
Het is in deze gevallen vaak niet nodig om totale rust te nemen, maar je doet er wel verstandig aan de zwaarte van je trainingen te verlichten, zonodig het aantal trainingen terug te brengen en het gewricht te ontzien.

Homeopathie
Daarnaast kun je Symphytum D6 en Calcium fluoratum D6 innemen.
Deze middelen helpen de genezing van het kraakbeen te bespoedigen.
Neem direkt na het oplopen van de blessure — dus als je gewricht plotseling pijn gaat doen — 4x 10 druppels Symphytum om het half uur.
Daarna nog enige dagen 3x daags 10 druppels. Calcium fluoratum kun je daarnaast innemen, 3x daags 1 tablet.
 
 

 
BLOEDUITSTORTING GEWRICHTSHOLTE

Naast de genoemde blessures aan banden en kraakbeen kunnen er nog allerlei andere problemen ontstaan bij een gewrichtsblessure.
Zo kan er na bijvoorbeeld een val een bloeding in een gewrichtsholte optreden, een zogenaamd ‘haemarthros'. Het kan nodig zijn het bloed in de gewrichtsholte met een naald af te zuigen. De uiterlijke verschijnselen lijken veel op die van een gescheurde gewrichtsband: zwelling, pijn en blauwe verkleuring.
Reden te meer om bij dergelijke blessures altijd een arts te raadplegen.
Deze kan niet alleen vaststellen in hoeverre de banden beschadigd zijn, maar ook of er sprake is van een bloeding binnenin het gewricht.

Homeopathie

Je kunt direkt na het oplopen van de blessure Arnica D6 innemen, 4x 10
druppels om het halfuur. Hiermee hoef je niet te wachten tot de arts de aard van de blessure heeft vastgesteld, omdat Arnica voor elke kwetsuur een goed middel is. Het zorgt ervoor dat het overtollige vocht en bloed die de zwelling en de blauwe verkleuring veroorzaken zo snel mogelijk weer teruggevoerd worden in de bloedvaten, Je kunt 3x daags 10 druppels Arnica blijven gebruiken tot de klachten zijn verdwenen.

 


SLIJMBEURSONTSTEKING
 
Een andere regelmatig voorkomende gewrichtsblessure is een slijmbeursontsteking of bursitis.
Slijmbeurzen zijn kleine bindweefselkussentjes, waarin een kleine hoeveelheid smeermiddel aanwezig is. Zij liggen in de buurt van gewrichten, waar de pezen over het bot lopen, en vergemakkelijken daar de bewegingen van de pezen over het bot.
Het smeermiddel (synovia) houdt de pezen soepel, maar ook de slijmbeurs zelf. Zulke slijmbeurzen komen onder andere voor in het schoudergewricht, de knie en de elleboog. Bij een slijmbeursontsteking wordt te veel vocht geproduceerd, waardoor de slijmbeurs opzwelt. Een dergelijke ontsteking is in de meeste gevallen het gevolg van overbelasting, vaak veroorzaakt door een te grote inspanning bij een slechte conditie. De ontsteking ontwikkelt zich langzaam: eerst heb je alleen een naar gevoel in het gewricht, maar na een uur of zes wordt de pijn heviger. Andere verschijnselen zijn zwelling, roodheid en warmte rond het gewricht.

Homeopathie
Homeopathisch kun je de genezing ondersteunen met Ruta D6, als de pijn erger wordt door rust (opvallend!) en ‘s nachts. Als de ontsteking bijzonder hardnekkig is, kun je Apis mellifica D6 gebruiken en in het eindstadium kun je overgaan op Silicea D6. Voor alle drie de middelen geldt 3x daags 10 druppels of 1-2 tabletten.
 
 

 
LAGE RUGPIJN
 
Rugpijn onder in je rug, lage rugpijn, is in de meeste gevallen een gevolg van overbelaste spieren of een verkeerde houding. Anders dat bij een aanval van spit. Spit uit zich in een plotseling optredende, hevige pijn in je onderrug.
Je bent niet in staat uit een stoel op te staan of uit een gebukte houding overeind te komen. Iedere poging om rechtop te komen mislukt en je moet in een gekromde houding blijven. Dikwijls treedt daarbij ook nog een bepaald gevoel van kou in je onderrug op. Gewoonlijk is dat gevoel aan één zijde sterker dan aan de andere. Deze toestand kan een paar dagen duren en zelfs chronisch worden. In dat geval kun je aan de spitaanval een pijnlijke spanning in je onderrug overhouden. Er zijn mensen die regelmatig een spitaanval hebben.
Het treedt dan meestal op als gevolg van overbelasting, wanneer ze iets zwaars optillen of snel bukken met een gelijktijdige draaiing van de wervelkolom.


Homeopathie

De homeopathie biedt Arnica D6 en Rhus toxicodendron D6, als je direct na het sporten pijn in je onderrug hebt. Neem dan 4x 10 druppels om en om, het eerste half uur Arnica, het tweede half uur Rhus enzovoort. In de volgende dagen van beide 2x daags 10 druppels. Arnica is het algemene middel voor kwetsuren,
Rhus toxicodendron hoort bij klachten door overbelasting.
Nux vomica D6 past bij een brandende lage rugpijn, die vooral erg is ‘s nachts tussen 3 en 4uur. Men kan zich bijna niet omdraaien in bed en moet eerst even rechtop gaan zitten. Dosering: 3x daags 1-2 tabletten of 10 druppels.
Bryo-Rhus complex helpt bij spit of ischias, met een reumatische pijn, waarbij kou en vocht de situatie verergeren.
Uitwendig kan de behandeling worden ondersteund met SRL gelei, als er sprake is van een spitaanval door overbelasting, reuma of kou.
Arnifor gelei helpt bij rugpijn door vastzittende spieren.
 
 

 
PIJNLIJKE ELLEBOOG

Pijn in je elleboog wijst in negen van de tien gevallen op een tenniselleboog.
De pijn straalt dan meestal uit naar je onderarm. Als je regelmatig je elleboog verstuikt of blesseert, kan op den duur een chronisch beeld ontstaan met pijn en verminderde bewegelijkheid van je elleboog.
Een tenniselleboog of tennisarm is een ontsteking van de aanhechting van de spieren rond de elleboog. Soms wordt ook de daar gelegen slijmbeurs aangetast. Deze blessure is het gevolg van te krachtige en te vaak uitgevoerde draaibewegingen met de onderarm. Een beweging die vaak gemaakt wordt tijdens het tennissen, vandaar ook de populaire benaming van deze blessure. Dat, wil echter niet zeggen dat alleen tennisspelers er last van zouden hebben, ook honkballers en golf spelers lopen kans op een tenniselleboog.
Eigenlijk loopt iedereen die zijn pols sterk moet belasten het risico van een tenniselleboog; de draaibeweging in de onderarm wordt namelijk gemaakt vanuit je po1s.
Bij tennissers is een slechte techniek de voornaamste oorzaak van het ontstaan van een tenniselleboog. Door te veel met de pols te doen, in plaats van bewegingen te maken met de hele arm vanuit de schouder, wordt niet alleen de pols onnodig vaak gedraaid, maar ook is de kracht die er op de spieren van de onderarm komt te staan veel groter. Andere factoren die daarbij meespelen zijn bijvoorbeeld een te zwaar racket of te zware ballen. Beide vergroten de kracht die de onderarm moet uitoefenen tijdens de slag. Ook als de snaren van je racket te strak gespannen staan of het handvat te groot is, moet je meer kracht leveren en zal eerder een tenniselleboog ontstaan. Als laatste kan het spelen op gras of beton genoemd worden. Op deze ondergronden stuitert de bal met veel meer kracht terug dan op een gravelbaan en is wordt er dus meer kracht uitgeoefend op de elleboog. Het belangrijkste kenmerk is pijn aan de buitenzijde van de elleboog. Deze pijn kan naar de onderarm uitstralen.
Er kan ook een zware vermoeidheid in de onderarm ontstaan. Het belangrijkste bij de behandeling is rust, alleen dan kan de blessure genezen. Het begin van een tenniselleboog is eigenlijk een beenvliesontsteking. Doordat de spieren voortdurend aan de aanhechtingsplaatsen trekken, raakt het beenvlies geïrriteerd en uiteindelijk ontstoken.

Homeopathie
In het beginstadium kun je Arnica D6 gebruiken, het algemene middel bij kwetsuren. Daarna kun je overgaan op Ruta D6, een middel dat helpt bij klachten na veelvuldig draaien van een gewricht. Eventueel Ruta in combinatie met Rhus toxicodendron D6 nemen, als de pijn verergert bij koud weer en bij het begin van de beweging. Voor alle drie middelen geldt: 3x daags 10 druppels of 1-2 tabletten. Agaricus D6 is een goede keuze, als de combinatie Ruta en Rhus toxicodendron niet afdoende helpt. Kenmerkend is hierbij een gevoel van ijskoude speldeprikken in de arm.
Uitwendig SRL gelei meermalen daags rond de elleboog in masseren.

 

 
SCHOUDERPIJN
 
Pijn in je schouder kan op diverse manieren ontstaan en variëren van licht tot ernstig en van kortdurend tot bijzonder langdurig. Een regelmatig voorkomende vorm van schouderpijn is het zogenaamde ‘frozen schoulder syndroom'.
Dat wil zeggen: een pijnlijke, stijve schouder die een overblijfsel is van een val, ontsteking of blessure. Dit is één van de weinige problemen die ontstaan door te weinig beweging in plaats van overbelasting. Een ‘frozen shoulder' betekent letterlijk ‘bevroren schouder'. Die naam is gekozen omdat je je schoudergewricht ook inderdaad minder kunt bewegen. De hoofdschuldige daaraan is het kapsel rond het schoudergewricht. Normaal rekt dit kapsel met de bewegingen mee. Als je na een blessure of kapselontsteking enige tijd rust hebt moeten houden, kan het kapsel in die tijd gaan verkleven met weefsels in de omgeving. Daardoor kan het niet meer maximaal meegeven bij een beweging en ontstaat er pijn als je een grotere beweging wilt maken dan het kapsel toelaat. Dat is dan ook één van de belangrijkste kenmerken van dit syndroom: pijn bij bijna elke beweging van de schouder.
Daarnaast kun je een duidelijk verschil merken tussen de beweeglijkheid van de pijnlijke en de gezonde schouder. je arm aan de pijnlijke kant kun je in geen enkele richting volledig strekken. je merkt dat als je je jas aantrekt, iets van een hoge plank wilt pakken en heel veel andere bewegingen die je dagelijks maakt. Hoewel deze aandoening heel pijnlijk is, moet je toch blijven oefenen en rekken. Daarbij kunnen uitwendige warmte-toepassingen, zoals een heet kompres of een hete douche op je schouder helpen. Ook een massage met SRL gelei kan als ondersteuning gebruikt worden.
Van nog groter belang is om een dergelijk aandoening te voorkomen.
Daarom kun je bij elke schouderblessure het beste zo snel mogelijk beginnen met slingeroefeningen, waarbij je het schoudergewricht beweegt zonder dat er veel kracht voor gebruikt wordt. Door je arm in cirkels rond te slingeren blijft het kapsel in beweging en krijgt geen kans om te verkleven. In veel gevallen is een fysiotherapeutische behandeling noodzakelijk. De fysiotherapeut kan door passieve rekoefeningen de bewegingsmogelijkheid van het kapsel vergroten, waardoor je daarna zelf makkelijker oefeningen kunt doen.

Samenvattend:

Meestal is rust van het grootste belang bij genezing, bij een frozen shoulder is dat beweging. Hoe pijnlijk het ook is, je moet je schouder blijven bewegen, want als je je schouder een paar maanden zoveel mogelijk ontziet en bijna niet gebruikt, worden de verklevingen zo dik en sterk dat ze niet meer op te heffen zijn. Dan is de enige mogelijkheid nog, om onder narcose de verklevingen los te laten trekken, een bijzonder pijnlijke methode.

Homeopathie

Je kunt Ruta D6 en Rhus toxicodendron D6 gebruiken, 3x daags van beide 10 druppels of 1-2 tabletten, gedurende lange tijd. In bijzonder hardnekkige gevallen kun je Ampelopsis weitchii gemmae 1D innemen, 3x daags 20 druppels in wat water een kwartier voor de maaltijd. Dit is een gemmotherapeutisch middel: gemmotherapie maakt gebruik van plantaardige weefsels in de groeiperiode, zoals knoppen, jonge twijgen, kiemen en dergelijke.
Uitwendig masseren met SRL gelei. Voorafgaand aan het doen van oefeningen, kun je de spieren masseren met Belliflor gel.
 
 

 
BOTTEN EN BLESSURES

In het lichaam zitten ruim 200 botten, die samen het beenderstelsel vormen. Deze botten bestaan voor bijna de helft uit een taai soort bindweefsel, de andere helft bestaat uit mineralen en water. De belangrijkste functie van de botten is het geven van stevigheid aan het lichaam. Zonder botten zou een mens slechts bestaan uit een vormeloze hoeveelheid zachte weefsels.
De botten zijn de plek waarde spieren zich kunnen vasthechten om daardoor beweging mogelijk te maken van twee botstukken ten opzichte van elkaar. Daarnaast bevatten botten in hun binnenste het beenmerg, waarin rode bloedcellen worden gemaakt en mineralen worden opgeslagen.
 
 

 
ZWAKKE PLEKKEN
 
De vorm, lengte en sterkte van een bot zijn voor het grootste deel erfelijk bepaald. Iemand die bijzonder fijn gebouwd is en slanke, dunne botten heeft, zal nooit dikke, grove botten kunnen krijgen. Wel is het zo dat de botten zich aanpassen aan belasting. Als ze regelmatig zwaar belast worden, zal de stevigheid van de botten toenemen. Evenzo zullen botten die niet belast worden op den duur dun en broos worden. Elk bot kan breken, hoe sterk het ook is, als de kracht die erop komt te staan maar groot genoeg is. Bovendien heeft elk botstuk door de manier waarop het gevormd is wel ergens een zwakke plek; die plek is dan een voorkeursplaats voor een breuk. Zo hebben bijvoorbeeld de bovenarm en het dijbeen allebei een stevig botlichaam dat bovenaan uitloopt in een gewrichtskop. Net onder die gewrichtskop wordt het botlichaam iets dunner. Als er een grote kracht op zo'n botstuk komt te staan, is de kans veel groter dat het dunne gedeelte onder de kop breekt, dan dat er een breuk ontstaat in het dikke gedeelte.
Breuken worden ingedeeld in twee categorieën: gewone breuken, waarbij het bot volledig gebroken is, en vermoeidheidsbreuken, waarbij het bot gescheurd is maar nog wel aan elkaar zit.
 
 

 
GEWONE BREUKEN
 
Hierbij is het bot volledig gebroken. Zo'n volledige breuk wordt ingedeeld in twee soorten. Allereerst is er de ongecompliceerde vorm: een breuk waarbij de huid niet beschadigd is (ook wel ‘gesloten breuk'). Daarnaast bestaat een gecompliceerde breuk waarbij de uiteinden van het gebroken bot door de huid heen naar buiten steken (ook wel ‘open breuk'). Verder worden volledige breuken ingedeeld naar het verloop van de breuklijn. Als het bot in een rechte lijn dwars doormidden is gebroken, spreek je van een dwarse breuk.
Deze breuken komen het meeste voor. Een vorm die hier veel op lijkt is de schuine breuk. Het bot is dan gebroken langs een rechte lijn die niet dwars loopt, maar schuin door het midden van het bot. Verder bestaat er een zogenaamde spiraalbreuk, waarbij de breuklijn gedraaid verloopt.
Dergelijke breuken komen bijvoorbeeld voor bij een ski-ongeval, als het lichaam draait en het been blijft staan. Een meervoudige breuk betekent dat er meer dan één breuklijn is; er liggen een aantal stukjes bot helemaal los.
Je spreekt dan ook wel van een verbrijzeld bot. Ten slotte kent men nog de twijgbreuk, die alleen bij kinderen voorkomt. Omdat de botten van kinderen nog heel elastisch en buigzaam zijn, breken ze minder makkelijk dan de botten van volwassenen, die veel stugger en harder zijn. Dat is te vergelijken met het breken van een dikke tak of een dun twijgje: de dikke tak zal zonder veel moeite in tweeën breken, een twijgje moet helemaal dubbel gebogen worden en is dan slechts aan één kant gebroken terwijl aan de andere kant de helften nog aan elkaar zitten. Ditzelfde gebeurt bij kinderbotten. Eigenlijk is dit dus geen totale breuk: een deel van het bot blijft aan elkaar zitten.
 
 

 
VERMOEIDHEIDSBREUKEN
 
Deze worden ook wel stressbreuken of stressfrakturen genoemd.
Er ontstaan kleine scheurtjes in het bot, die veroorzaakt worden door herhaaldelijke overbelasting van het botstuk. Deze scheurtjes komen vaak voor in de botten van de voeten en het been, omdat dit delen van het lichaam zijn die grote krachten te verwerken krijgen. Bij regelmatige oefening passen de beenderen zich aan de krachten die ze te verwerken krijgen aan.
Ze worden sterker door nieuw botweefsel te produceren. Stressbreuken ontstaan als de botten geen gelegenheid hebben gehad om zich aan te passen aan een zware belasting.
Het bot gaat dan tijdens de belasting nieuw bot aanmaken om sterker te
worden, maar tegelijkertijd worden oude botcellen weggehaald om plaats te maken voor het nieuwe bot. Echter: dit systeem is er niet voor gemaakt om een dergelijke aanpassing tijdens inspanning te doen. Het gevolg is dat het oude bot wel weggehaald wordt, maar dat de aanmaak van nieuw bot te traag verloopt. Daardoor ontstaan zwakke plekken in het bot. De belasting blijft ondertussen doorgaan en de spieren die aan de betreffende botstukken vasthechten, trekken als het ware een scheurtje in het bot: de vermoeidheids- of stressbreuk. Merkwaardig genoeg merk je hier in het begin vrij weinig van, pas na een week of twee begint de pijn. Een stressbreuk is moeilijk vast te stellen omdat de scheurtjes vaak zo klein zijn, dat je ze op een röntgenfoto niet ziet. Houd er rekening mee dat plotseling optredende pijn in je been, voet, hand of arm na een periode van zware training of veel wedstrijden, te maken kan hebben met een vermoeidheidsbreuk. Zo'n breuk heeft ongeveer zes weken nodig om te genezen. In die tijd doe je er goed aan de breuk zoveel mogelijk rust te geven, maar een gipsverband is daarbij niet nodig. Ondertussen kun je, om je spierkracht en konditie op peil te houden, een andere sport kiezen waarbij de breuk niet belast wordt. Denk bijvoorbeeld aan zwemmen, waarbij je spieren en conditie getraind worden met een minimale belasting van je botten en gewrichten.

Homeopathie
Met Symphytum D6, 3x daags 1 tablet, kun je de genezing van een botbreuk stimuleren. Je kunt ook kiezen voor het complexmiddel Symphytum Pentarkan: 3x daags 5-10 druppels. Bij een traag genezende breuk kun je
Calcium complex D6 innemen, 3x daags 1 tablet, om de botvorming te versnellen.
Dit middel stimuleert de botvorming.
Uitwendig: SRL gelei kan na de genezing helpen, een resterende verdikking op de plek van de breuk te laten verdwijnen.
 
 
 

 
NET NIET GEBROKEN
 
Als de kracht niet groot genoeg is om je bot te breken, wil dat niet zeggen dat er verder niets aan de hand is. Net als andere weefsels kunnen botten ook gekneusd raken. Dat ontstaat in de meeste gevallen door een zogenaamd stomp trauma: een klap, een slag, een stoot of een trap. Gewoonlijk is een kneuzing het gevolg van een val, botsing met een tegenstander of een verkeerde beweging tijdens het sporten. Voor wat betreft de botten zijn ribben vaak het lijdend voorwerp. De ribben kunnen een grote kracht verwerken voordat ze breken, omdat ze zowel aan de achterkant, waar ze een gewricht hebben met de wervels, als aan de voorkant, waar ze met kraakbeen aan elkaar of aan het borstbeen vastzitten, kunnen bewegen. Bij iedere kneuzing scheuren er bloedvaten en treedt dus een bloeduitstorting op. Het bloed sijpelt tussen de weefsels door en komt vroeg of laat aan de oppervlakte, waar het als een blauwe plek zichtbaar wordt. Bij een kneuzing is de pijn meestal scherp, bij ribkneuzingen soms zo erg dat je bijna geen adem kunt halen.
Er is een behoorlijke zwelling en het gebied kleurt blauw.

Homeopathie
Met homeopathische middelen kun je de genezing ondersteunen. Direct nadat de kneuzing gebeurd is, begin je met Amica D6. Neem 4x om het half uur 10 druppels, daarna 10 druppels om het uur, tot de pijn en de zwelling verminderen. Arnica kun je overigens ook uitwendig gebruiken, in de vorm van
Arniflor tinctuur of Arniflor zalf.
Als elke beweging stekende pijn veroorzaakt of de pijn verergert bij elke beweging kun je beter Bryonia D6 gebruiken. Neem direct na het ontstaan van de kneuzing 4x elk half uur 10 druppels, daarna nog 2x om het uur 10 druppels en blijf 3x daags 10 druppels innemen tot de klachten grotendeels zijn verdwenen.
Een algemeen middel bij rib- en borstwandkneuzingen is Senega D6.
Neem hiervan direct nadat je de blessure hebt opgelopen 4x elk half uur 10 korrels, daarna nog 2x om het uur 10 korrels en blijf 3x daags 10 korrels innemen tot de klachten zijn verdwijnen. Als je pijn blijft houden, verzuim dan niet een nieuw bezoekje aan de arts te brengen. Wellicht is er iets ernstigers aan de hand. Uitwendig nabehandelen met SRL gelei.
 
 

 
BEENVLIES
 
Om alle botten heen ligt een dun vlies, het beenvlies of periost.
Dat vlies is heel gevoelig, omdat er veel bloedvaten en zenuwuiteinden doorheen lopen.
Op sommige plaatsen liggende botten vlak onder de huid, zonder dat ze beschermd worden door spieren. Dat is bijvoorbeeld het geval bij het scheenbeen, maar ook aan de zijkant van je onderarm. Als je een trap of harde bal tegen zo'n lichaamsdeel krijgt, kan het beenvlies gemakkelijk gekneusd raken. Juist omdat er zoveel zenuwuiteinden in het beenvlies lopen, is zo'n kneuzing vaak heel pijnlijk. Echter, omdat het vlies ook goed doorbloed is, geneest een dergelijke blessure vrij snel.

Homeopathie
Je kunt die genezing ondersteunen door direct na het oplopen van de blessure een aantal malen een dosis van 10 druppels Arnica D6 in te nemen.
Daarna is Ruta D6 het aangewezen middel, 3x daags 10 druppels, om Arnica op te volgen. Na een paar dagen ben je dan in de meeste gevallen van je blessure verlost.

 

 
BEENVLIESONTSTEKING
Pijn aan het scheenbeen wordt in veel gevallen ook veroorzaakt door een ontsteking van het beenvlies. De pijn zit dan voornamelijk aan de binnenrand van het onderste deel van je scheenbeen. In rust heb je nergens last van, maar bij beweging komt de pijn terug. De oorzaak van een dergelijke ontsteking van het beenvlies kan gezocht worden in het hardlopen op een te harde ondergrond, te veel neerkomen op je voorvoet of je voet tijdens het lopen te veel naar binnen draaien. Een andere plaats waar regelmatig een ontsteking van het beenvlies voorkomt, is het schaambeen. Een dergelijke ontsteking kan optreden doordat de beide bekkenhelften ten opzichte van elkaar bewegen, bijvoorbeeld door een verkeerde balans tijdens het lopen. Natuurlijk gelden al deze zaken niet alleen voor lopen, maar ook voor springen. Bij een beenvliesontsteking moet je voorlopig niet sporten. De genezingstijd is vaak langduriger dan bij een kneuzing, reken maar op een paar weken. Wanneer de ontsteking eenmaal tot rust gekomen is, kun je heel voorzichtig en licht gaan trainen.
Daarbij is het belangrijk dat je zoveel mogelijk op een zachte ondergrond loopt en schoenen draagt die de schok van het neerkomen zoveel mogelijk opvangen. Vooral een goed verende hiel is van belang.

Homeopathie
Net als bij een kneuzing van het beenvlies, kun je bij een beenvliesontsteking Ruta D6 gebruiken, 3x daags 10 druppels. In dit geval is het goed om te kombineren met Symphytum D6 in dezelfde dosering. Daarnaast kun je uitwendig Belliflor gel gebruiken om je scheenbeen mee te masseren.
 
 

 
WERVELKOLOM
 
De wervelkolom fungeert als een steunpilaar van de romp en herbergt bovendien grote delen van het zenuwstelsel. Tussen de wervels ontspringen de zenuwen, die naar alle spieren van het lichaam lopen via allerlei vertakkingen. Het zou te ver voeren om hier verder in te gaan op de bouw en functie van de wervelkolom en de blessures die je hieraan op kunt lopen. Maar het is belangrijk om in gedachten te houden, blessures aan je rug en wervelkolom altijd door een arts of fysiotherapeut te laten onderzoeken. Een kleine rugblessure die verwaarloosd wordt, kan je de rest van je leven rugpijn bezorgen.
Bovendien neemt de wervelkolom zo'n belangrijke plaats in binnen het zenuwstelsel en in het skelet, dat ook een lichte blessure al ernstige gevolgen kan hebben als deze niet op tijd of op de juiste manier behandeld wordt.

Homeopathie
Naast de nodige voorzichtigheid en een bezoek aan een arts of polikliniek kun je bij elke rugblessure preventief Hypericum D6 innemen, 3x daags 5-10 druppels. Bij een rugblessure is de kans groot dat er zenuwweefsel bij betrokken is. Hypericum is een homeopathisch middel dat een werking heeft op het zenuwstelsel als geheel en de afzonderlijke zenuwen.
Bij sommige krachtsporten kan een overbelasting van de halswervelkolom optreden. Meestal betreft dit de zesde of zevende halswervel.
In zo'n geval kun je Rhus toxicodendron D6 innemen, 3x daags 10 druppels.
Dit middel heeft een genezende werking bij overrekte gewrichtsbanden en — kapsels.
Verder kun je uitwendig SRL gelei gebruiken, als je rugspieren na een blessure gespannen blijven.
 
 

 
VAL OP STUITJE
 
Het stuitje is een bijzonder zenuwrijk gebied. Een val op je stuit is in de meeste gevallen dan ook bijzonder pijnlijk en soms kunnen zenuwen beschadigd raken. Net als bij wervelkolomblessures is hier een bezoek aan een arts of polikliniek gewenst om de ernst van de blessure vast te stellen.
Bovendien kan men daar aan de hand van röntgenfoto's bekijken of er sprake is van een breuk of scheuring van het bot. De verdere behandeling zal dan grotendeels gelijk zijn aan die van een wervelkolomblessure.

Homeopathie
De homeopathie levert twee medicijnen die in zulke gevallen uitkomst bieden. Direct nadat je op je stuitje gevallen bent, kun je Arnica D6 innemen om de zwelling en het ontstaan van een blauwe plek tegen te gaan. Tegelijkertijd kun je beginnen met Hypericum D6, 4x 10 druppels om en om van beide, om het half uur. Hypericum helpt het zenuwweefsel weer tot rust te brengen.
Daarna kun je nog een paar dagen Hypericum, 3x daags 10 druppels, blijven innemen. Als je desondanks pijn blijft houden, kun je in de week daarna voor Hypericum D30 kiezen, 1x daags 10 korrels.

Behalve het bewegingsapparaat, waar de spieren, botten, pezen en banden toe behoren, kunnen natuurlijk ook andere delen van het lichaam een blessure oplopen. Denk maar eens aan flinke blauwe plekken door een val, een blauw oog of een bloedneus doordat je een elleboog of bal in je gezicht krijgt.
Allemaal ongelukjes die elke sporter in zijn sportieve loopbaan wel eens tegen zal komen.
 
 

 
BLAUWE PLEKKEN 
 
Een blauwe plek is een bloeduitstorting. Er ontstaat een blauwige verkleuring en soms ook een zwelling van de huid, als gevolg van een slag, val of stoot.
De kleine bloedvaatjes onder de huid scheuren daarbij zonder dat de huid zelf beschadigd is. Het bloed sijpelt tussen de weefsels door en bereikt de oppervlakte, waar het als een blauwe verkleuring te zien is. Blauwe plekken kunnen als onschuldig op zichzelf staand fenomeen voorkomen, bijvoorbeeld na een val waarbij je verder niet geblesseerd raakt. Een koud kompres of een zakje ijs op de pijnlijke plek direkt nadat je geraakt bent helpt een groot deel van de zwelling voorkomen. Maar ze kunnen ook onderdeel zijn van een ernstiger blessure, zoals een kneuzing. Als je overtraind bent, kunnen er op onverklaarbare wijze blauwe plekken ontstaan. In die gevallen doe je er goed aan rust te nemen.

Homeopathie

Het beste middel bij blauwe plekken is Arnica D6. Je kunt het zowel bij een onschuldige blauwe plek als bij een zware kneuzing gebruiken. Dit middel zorgt ervoor dat het bloed snel teruggebracht wordt in de bloedvaten, met andere woorden: dat de blauwe plek verdwijnt. Neem direkt na het ontstaan 4x om het half uur 10 druppels, daarna 2x om het uur 10 druppels. Blijf 3x daags 10 druppels innemen, tot de blauwe plek grotendeels verdwenen is.

Als de blauwe plek koud aanvoelt, gevoelig is voor aanraking en niet reageert op Arnica, neem dan Ledum D6 in dezelfde dosering. Uitwendig: het koude kompres kun je combineren met Arniflor tinctuur. Een theelepel tinctuur in een halve liter water oplossen en het kompres daarin drenken. Ook Arniflor zalf of gelei kun je uitwendig gebruiken. Let op: uitwendige toepassingen van Arnica kun je alleen gebruiken als de huid niet beschadigd is. Als er behalve de bloeduitstorting ook een open wond of schaafwond is, kun je beter Belliflor gebruiken.
 
 

 
DOORZITTEN
 
Bij weinig getrainde ruiters, fietsers en roeiers kan het zitvlak geïrriteerd raken als er een keer langdurig gesport wordt. Ook het dragen van een niet goed passende onderbroek of schurende kleding kan de oorzaak zijn.
In lichte gevallen is de huid alleen wat rood en schraal, maar in sommige gevallen kunnen open plekken ter grootte van een hand ontstaan. Zorg in die gevallen voor voldoende hygiëne, houd de plekken goed schoon en dek ze eventueel af met een gaasje. Let er op dat het gaasje niet dubbel komt te zitten en gaat schuren, want daardoor verergert de kwaal alleen maar.

Homeopathie
Je kunt wat Calendula emulsie, Calendula tinctuur of Calendula zalf op het gaasje doen. Dit middel helpt om de pijn te verlichten, de huid te verzachten en de genezing van de open plekken te versnellen. Als het doorzitten tot open plekken heeft geleid, kun je Arnica D6 innemen. Neem de eerste dag om de twee uur 10 druppels, daarna 3x daags 10 druppels tot de klachten verdwenen zijn. Als je wel eens eerder last hebt gehad van doorzitplekken neem dan voor de volgende keer van tevoren 10 druppels Arnica D6 in, herhaal dat halverwege de rit of roeitocht en neem aan het eind van de dag nog eens 10 druppels.
 
 

 
HANDEN GEBLESSEERD
 
Doordat je je handen bij een groot aantal sporten veelvuldig gebruikt, raken ze regelmatig geblesseerd. Bij skiën gebeurt het nogal eens dat de duim ontwricht raakt door een skistok die blijft steken. Deze blessure heeft dan ook de naam ‘skiduim' meegekregen. Bij hockey ontstaan regelmatig handblessures door een slag met de hockeystick. Bij wielrijders die lang achter elkaar met hun handen op het fietsstuur hebben gesteund, kunnen pijn en tintelingen in de vingers en soms in de hele hand ontstaan. Dit wordt veroorzaakt doordat de zenuwen in de handpalm als het ware klem hebben gezeten tussen het stuur en het gewicht dat er op steunde. Deze blessure wordt ook wel ‘fietshand' genoemd.
Met de nieuwe vorm van het stuur, zoals die tegenwoordig veel gebruikt wordt, is de kans op deze blessure aanmerkelijk verminderd. Het gewicht is daardoor over de hele onderarm verdeeld. Fietsers en roeiers kunnen soms een ontsteking in het onderhuidse weefsel van de handpalm (flegmone) krijgen.
De beste therapie bij een dergelijke ontsteking is rust. Voor de zekerheid kun je een paar dagen een mitella dragen.
Ook de knokkels komen nogal eens aan grote krachten bloot te staan. Bijvoorbeeld door een botsing met een tegenstander of het verkeerd wegstompen van een bal. De homeopathie biedt hiervoor enige middelen.
Als je pijn in je polsen hebt, zonder dat daar een duidelijke oorzaak voor is (dus geen kneuzing of verstuiking), wordt dat meestal veroorzaakt door overbelasting. Die overbelasting kan zowel een gevolg zijn van een te grote belasting (training), als van een verkeerd gebruik van de polsen.
In die gevallen doe je er goed aan een paar dagen lang je polsen te ontzien.
Een andere veel voorkomende handenkwaal is blaarvorming.
Vooral roeiers en kanoërs zijn hiervan het slachtoffer.

Homeopathie

Een kneuzing of verstuiking van je duim loop je bij diverse sporten gemakkelijk op. Inwendig kun je dan Arnica D6 en Rhus toxicodendron D6 gebruiken, afwisselend 4x om het half uur 10 druppels en daarna nog enige dagen 3x daags 10 druppels van beide. Uitwendig kun je de behandeling ondersteunen met Arniflor zalf. Voor zenuwblessures (bijvoorbeeld fietshand) is Hypericum D6 het aangewezen middel. Meestal is het innemen van 2x 10 druppels met een half uur tussentijd wel voldoende om de tintelingen te laten verdwijnen.
Is dat niet het geval, blijf dan nog enige tijd 3x daags 10 drup-pels innemen tot alle klachten verdwenen zijn. Uitwendig Hypericum zalf toepassen.

Bij een onderhuidse ontsteking van de handpalm kun je Arnica D6 innemen, om de doorbloeding in het geïnfecteerde gebied te verbeteren. Dosering: 3x daags 10 druppels. Om de infectie tegen te gaan kun je Calendula D2 in dezelfde dosering gebruiken.

Bij een knokkelblessure kun je Arnica D6 en Rhus toxicodendron D6 innemen, afwisselend 4x om het half uur 10 druppels. Daarna nog enige dagen 3x daags 10 druppels van beide. Arniflor gelei uitwendig gebruiken.

In geval van overbelaste polsen kun je Ruta D6 gebruiken in combinatie met Rhus toxicodendron D6, 3x daags 10 druppels of 1-2 tabletten van beide. Uitwendig kun je je polsen met Belliflor gel inmasseren.
 
 

 
BLESSURES AAN NEUS
 
Als je een klap of een bal op je neus krijgt, zullen de tranen je meestal in de ogen schieten. Een bloedneus is vrijwel altijd het gevolg.
In sommige gevallen ontstaat een gebroken neus, waarbij het benige en kraakbenige deel van het neustussenschot beschadigd raken. Laat daarom altijd een arts naar je neus kijken, als je het idee hebt dat je neus scheef staat of als de pijn niet snel genoeg afneemt. Een bloedneus is, net als een blauwe plek, een ongenoegen waar slechts weinigen in hun leven voor gespaard blijven. Gewoonlijk ontstaat een bloedneus door het scheuren van een klein bloedvaatje in de neus.
Daarvoor kunnen verschillende zaken verantwoordelijk zijn. Bij sporters zijn de meest voorkomende oorzaken een klap of een bal op de neus, een verblijf op grote hoogte (bergbeklimmen) of juist grote diepte (duiken) of zeer grote krachtsinspanningen (gewichtheffen). Ook kunnen de slijmvliezen in je neus tijdens het sporten op een zeer warme dag zo uitdrogen, dat er spontaan een bloeding optreedt. Sommige mensen hebben zwakke vaten in hun neus.
Daardoor kunnen zij door kleine oorzaken al neusbloedingen krijgen.
Bij regelmatig terugkerende bloedneuzen kan de oorzaak liggen in een vitamine C gebrek en/of kalkgebrek.

Homeopathie

Phosphorus D6 is vooral aan te raden als je vaak last hebt van een bloedneus. Neem dan gedurende langere tijd 3x daags 1 tablet of 10 druppels.
Na de bloeding kun je een watje met Calendula tinctuur, 1 op 3 verdund met water in je neusgat stoppen. Calendula werkt ontsmettend en bloedstelpend. Calemi gelei op een watje in het neusgat heeft eenzelfde effekt.
Heb je geen van deze middelen bij de hand, dan kun je ook een paar keer krachtig aan een rauwe ui snuiven.

Bij een gebroken neus kun je in afwachting van de arts, om vervorming van je neus te voorkomen (boksersneus), Arnica D6 en Symphytum D6 innemen, 4x om het kwartier 10 druppels van elk. Daarna nog enkele dagen 2x daags afwisselend innemen.
 
 
 

 
OOGKWETSUREN
 
Oogkwetsuren komen gelukkig niet vaak voor. Er zijn weinig sporten waarbij de ogen een verhoogd risico lopen. Meestal wordt je oog alleen getroffen bij een ongelukkige samenloop van omstandigheden, en dergelijke gebeurtenissen kunnen in elke sport voorkomen.
Bij teamsporten kun je een een zwaaiende hand op je oog krijgen, bij balsporten kan een bal met volle kracht op je oog terechtkomen, tijdens een val bij het skiën kun je door een skistok aan je oog gewond raken... het kan allemaal, maar toeval speelt een grote rol.

Een blauw oog is meestal het gevolg van een klap of een bal op het oog.
Over het algemeen ontstaat er snel een blauwe verkleuring van het oog, doordat er veel bloedvaten rond het oog liggen en de huid er los en dun is.
Daardoor toont de bloeduitstorting hier ook veel donkerder dan ergens anders op je lichaam. De beste eerste hulp bij een klap op je oog bestaat uit een koude, vochtige doek of ijs in een doek of plastic zakje (als dat in de buurt is).
Als je moeite hebt met zien, raadpleeg dan een arts, zeker als je gezichtsvermogen na enige tijd niet verbetert. Je oog hoeft niet altijd blauw te worden nadat je een klap of bal erop hebt gekregen.
Wel is een kwetsuur van het ooggebied bijna altijd pijnlijk.
Breng zo snel mogelijk na het oplopen van het letsel een koud kompres op je oog aan. Raadpleeg ook altijd een arts als je problemen hebt met je gezichtsvermogen.

Homeopathie
Bij een blauw oog kun je Arnica D6 of Ledum D6 innemen. Deze middelen helpen het bloed snel te resorberen, waardoor de blauwe verkleuring tot een minimum beperkt blijft. Neem direkt na het ontstaan van het letsel 4x om het halfuur 1 tablet, daarna nog 2x om het uur een tablet en blijf 3x daags 1 tablet innemen tot de klachten (grotendeels) zijn verdwenen.
Omdat er rond en in je oog veel zenuwen lopen is het ook goed om een kompres met Hypericum tinctuur, iop 10 verdund met water, op je oog te leggen. Hypericum heeft een helende werking op zenuwweefsel. Als je oog gekwetst en pijnlijk is, maar niet blauw wordt, kun je afwisselend Hypericum D6 en Symphytum D3 innemen; 4x elk half uur 10 druppels van beide en daarna nog enkele dagen 2x daags 10 druppels van beide. Net als bij een blauw oog kun je ook hier een kompres met Hypericum tinctuur, 1 op 10 verdund met water, aanbrengen. Een bal of klap op je oog kan verantwoordelijk zijn voor een pijnlijke oogbol- of oogkaskneuzing. je oogbol is het witte gedeelte van je oog, de oogkas is het benige gedeelte dat daaromheen ligt. Naast het aanleggen van een koud kompres op je oog kun je Symphytum D6 en Amica D6 innemen, 4x om het half uur 10 druppels of 1 tablet van beiden, daarna nog enkele dagen 2x daags 10 druppels of 1 tablet van beiden.
 
 

 
OORBLESSURES
 
Als je een klap of een bal op je oor krijgt, kan dat niet alleen bijzonder pijnlijk zijn, maar door de plotselinge drukverandering in je oor kan ook het trommelvlies schade oplopen. Als je na een oorblessure het idee hebt dat je niet goed hoort, breng dan een bezoek aan een arts. Ook kan na een kwetsuur het kraakbeen van je oorschelp gaan ontsteken met als gevolg een vervormde oorschelp (bloemkooloor). Pas verder op voor oorpijn na buiten sporten bij koud, guur weer.

Homeopathie
Je kunt Arnica D6 en Symphytum D6 innemen om een ontsteking van
het oorkraakbeen te voorkomen. Dosering: 3x daags van beide 1-2
tabletten of 10 druppels. Aconitum D6 helpt bij acute oorpijn na
blootstelling aan koude noordoostenwind, 3x daags 1-2 tabletten.
 
 

 
OVERBELASTING
 
Bij het ontstaan van veel blessures speelt overbelasting een rol.
Ook overtrainen is een vorm van overbelasting. Een veel mildere vorm van overbelasting is een stijf gevoel in je spieren, pezen en gewrichten na een (te) grote inspanning. Een dergelijke stijfheid kan een paar dagen duren en is het gevolg van opgehoopte afvalstoffen.

Homeopathie
Direct na een grote inspanning kun je Rhus toxicodendron D6 innemen om die stijfheid te voorkomen. Je kunt Rhus combineren met Arnica D6.
Neem beide middelen 4x afwisselend in, 10 druppels per keer.
Daarna nog 3 dagen 2x daags 10 druppels van beide middelen.
Als je pas begint met innemen als de stijfheid al ontstaan is, gebruik dan dezelfde middelen 3x daags, gedurende een aantal dagen tot de stijfheid verdwenen is. Bovendien kun je Arniflor gelei of Belliflor gel gebruiken om je stijve spieren mee te masseren.
 
 

 
DE VOETEN
 
Aan je voeten zijn blaren waarschijnlijk de meest voorkomende narigheid. Omdat de huid beschadigd is, zijn blaren pijnlijk. Gewoonlijk worden ze veroorzaakt door een constante wrijving op een bepaalde plek.
Daardoor wordt de bovenste huidlaag heen en weer bewogen ten opzichte van de daaronder liggende lagen. Na verloop van tijd raken de lagen los van elkaar en vult de tussenliggende ruimte zich met vocht: de blaar. Als een blaar zich begint te vormen, voelt je huid brandeng en onaangenaam; er ontstaat een rode plek. Natuurlijk gebeurt dit niet alleen op je voeten: ook op je handen of ergens anders waar wrijving optreedt, kun je blaren krijgen.
Zo kan een wielrenner of roeier blaren op het zitvlak krijgen door het wrijven over het zadel of de bank. De meeste sporters hebben last van blaren aan het begin van het sportseizoen, omdat de huid dan nog niet aan de wrijving gewend is. Een andere reden is dat veel sporters het nieuwe seizoen beginnen met nieuwe schoenen, die nog niet ingelopen zijn. Behalve blaren kunnen lopers soms een ontsteking van het bindweefsel in de voetzool krijgen.
De beste therapie bij een dergelijke ontsteking is rust.

Homeopathie
Om blaarvorming te voorkomen, kun je al van tevoren Cantharis D6 innemen; neem 10 druppels en herhaal dit dan in de loop van de dag nog een keer.
Als je eenmaal blaren hebt, is Cantharis D6 eveneens geschikt, 3x daags 10 druppels.
Is de pijn stekend, dan kun je daarnaast Apis mellifica D3 in dezelfde dosering gebruiken. Bij pijnlijke blaren kun je voor Causticum D6 kieen.
Uitwendig: als de blaar kapot is gegaan, kun je er wat Calendula zalf of
Calendula emulsie op smeren. Een paar druppels Echinacea tinctuur op de blaar verkleint de kans op een ontsteking.
Voor een ontsteking van het bindweefsel kun je Rhus toxicodendron D6 gebruiken, in het beginstadium 4x 10 druppels om het half uur.
Daarna kun je overgaan op 3x daags 10 druppels tot de klachten verdwenen zijn.
Rust houden is echter onmisbaar voor het herstel.
 
 

 
BEVRIEZING
 
Het gevaar van onderkoeling of bevriezing tijdens schaatsen, skiën of bergbeklimmen is niet denkbeeldig. De meest kwetsbare delen van je lichaam zijn vingers, tenen, oren en neus. Het eerste teken van bevriezing is een tintelend of verdoofd gevoel; daarna wordt je huid pijnlijk en rood tot paarsrood. Vervolgens kun je last krijgen van een brandend, jeukend gevoel en er kunnen zwellingen optreden. Als het aangedane lichaamsdeel gevoelloos wordt en doodsbleek, noemen we dat een bevriezing. De pijn komt terug bij verwarming. Bevriezing kun je voorkomen door je bij extreme kou goed aan te kleden. Draag het liefst verschillende dunne laagjes kleding over elkaar en zorg dat oren, neus, handen en voeten goed beschermd zijn.
Als je al eerder een bevriezing hebt gehad, loop je een groter risico op herhaling. Ook het gebruik van alcohol vergroot de kans op bevriezing.

Behandeling
Een bevriezing moet zo snel mogelijk worden behandeld; elke minuut uitstel vermindert de kans op genezing! Waarschuw daarom zo snel mogelijk een arts. Terwijl je daarop wacht, kun je gelukkig zelf ook al het een en ander doen.
Bij een sterke onderkoeling kun je het beste geleidelijk opwarmen, in een vertrek met een temperatuur rond de 20 graden. Leg geen kruiken en dergelijke tegen de bevroren ledematen en leg ook nooit je half bevroren handen op de kachel. Probeer het opwarmen altijd zo geleidelijk mogelijk te doen. Bevroren handen en voeten kun je in handwarm water (vooral niet te heet!) dompelen en bewegen.
Warme dranken zijn prima om weer op temperatuur te komen, maar beperk je daarbij tot chocolademelk of thee. Drink geen Glühwein of iets anders met alcohol. Alcohol heeft namelijk de eigenschap de bloedvaten in je huid wijd open te zetten, waardoor je juist warmte verliest in plaats van het vast te houden.

Homeopathie
Verder kun je Abrotanum Pentarkan gebruiken, 4x om het kwartier 5-10 druppels, daarna nog 2x om het uur 2-10 druppels. Eventueel kun je het middel nog een paar dagen als nabehandeling 3x daags innemen, 5-10 druppels. Uitwendig helpt Abroflor gelei inmasseren om de bevriezingsverschijnselen de baas te worden.
 
 

 
KOU OP SPIEREN
 
Als je een regenbui opje hoofd krijgt tijdens een wandeling of fietstocht, kun je flinke spierpijn krijgen. Dan is er sprake van kou op je spieren.
Neem in dat geval bij thuiskomst eerst een warme douche om je spieren weer op temperatuur te brengen.

Homeopathie
Na de warme douche kun je SRL gelei (uitwendig) gebruiken.
Hiermee je spieren goed in masseren.
 
 

 
HOOIKOORTS
Bij het buiten sporten zullen vele voetballers, wielrenners, trimmers enzovoort ieder jaar weer worden geconfronteerd met hooikoorts. Hooikoorts is een allergie voor stuifmeel (pollen). De meeste hooikoortsklachten komen voor tijdens de bloeiperiode van de grassen, in mei en juni.
Er zweven dan veel graspollen in de lucht, vooral bij droog en warm weer.
De pollen komen in aanraking met de neusslijmvliezen en ogen, waarna bij overgevoeligen een allergische reaktie optreedt: niezen, een loopneus, rode en tranende ogen. Hierdoor kan het sporten een zware opgave worden.
Binnen blijven is helaas de enige afdoende remedie. Daarnaast kan men hooikoortsaanvallen trachten te voorkomen of minder hevig maken met homeopathische geneesmiddelen.

Homeopathie
Preventief kan men ruim een maand voor de hooikoortsperiode beginnen met het innemen van Luffa Hooikoortsdruppels. Dosering: 2x daags 10 druppels.
Luffa niet gebruiken tijdens astma-aanvallen. Luffa Hooikoortstabletten verlagen de overgevoeligheid van de slijmvliezen bij acute aanvallen.
Tijdens een aanval een aantal malen om het uur 1 tablet innemen, tot de allergische reactie vermindert.
 
 

 
OVERVERHITTING EN UITDROGING
 
Bij een grote en langdurige inspanning tijdens warm en vochtig weer bestaat er gevaar voor overhitting. Chemische activiteiten in je spieren en organen produceren warmte. Je lichaam moet deze warmte kwijt zien te raken, omdat anders de lichaamstemperatuur gevaarlijk hoog kan worden.
De meeste warmte raak je kwijt via je huid door transpiratie en door uitstraling.
Transpireren houdt nooit op: per dag verlies je normaal ongeveer een halve liter vocht. Bij verhoogde transpiratie, tijdens inspanning, produceren de zweetkliertjes in je huid een hoeveelheid vocht, die zout en afvalstoffen bevat: het zweet. Tijdens inspanning kun je op deze manier per uur wel twee liter vocht verliezen. Bij zware inspanning, vooral bij warm weer, is het voor je gezondheid van groot belang dat je goed kunt zweten. Als het behalve warm, ook vochtig weer is, verloopt de zweetproduktie veel minder goed.
Op zulke dagen komende meeste gevallen van oververhitting voor.
Ook als je teveel kleren aanhebt, die bovendien niet ventileren of absorberen, zul je merken dat je te weinig transpiratievocht kwijt raakt en daardoor dus niet afkoelt. Na verloop van tijd heeft zich dan zoveel warmte in je lichaam opgehoopt, dat je lichaamstemperatuur gevaarlijk hoog kan worden.
Men spreekt dan van oververhitting. De belangrijkste kenmerken van overhitting zijn een snelle pols, koude en klamme huid, hoge lichaamstemperatuur, hyperventilatie, gespannen spieren, flauwvallen en soms zelfs hevige spiertrekkingen of -stuipen. Roep in dit soort gevallen altijd zo snel mogelijk medische hulp in (arts of ambulance).

Uitdroging
Teveel transpireren kan echter net zo slecht zijn als te weinig.
De grootste gevaren hiervan zijn uitdroging en mineralenverlies.
Vooral zout gaat in grote hoeveelheden verloren bij het transpireren.
Een zout tekort leidt onder andere tot spiertrekkingen en krampen.
De oorzaak is het uitzweten van een steeds groter deel van het totale lichaamsvocht, zonder dat het door middel van drinken weer wordt aangevuld.

Verschijnselen bij uitdroging:

Iemand die een hoeveelheid lichaamsvocht kwijtraakt — gelijk aan 1 tot 5% van het totale lichaamsgewicht — heeft dorst, voelt zich niet lekker, gaat zich stuntelig bewegen, wil niet eten, krijgt een rode kleur, is opgewonden maar krijgt tegelijkertijd slaap, heeft een snelle polsslag en meestal lichte koorts.
Iemand die een hoeveelheid lichaamsvocht kwijtraakt — gelijk aan 6 tot 10% van het totale lichaamsgewicht — is duizelig, heeft hoofdpijn, ademt moeilijk, krijgt tintelingen in armen en benen, heeft een heel droge mond zonder speeksel, spreekt onduidelijk en loopt ongecoördineerd of valt regelmatig.
Iemand die een hoeveelheid lichaamsvocht kwijtraakt—gelijk aan 11 tot 20% van het totale lichaamsgewicht — spreekt wartaal, krijgt krampen in armen en benen, ziet slecht en hoort weinig, raakt het gevoel in de huid kwijt en kan niet of moeilijk urineren.

Behandeling

Zorg altijd dat je voldoende drinkt als je actief bent op een warme dag.
Als je 1 tot 5% van je lichaamsgewicht in vocht kwijtraakt, krijg je al last van uitdrogingsverschijnselen. Dat lijkt veel, maar een rekensommetje laat zien dat er maar weinig voor nodig is om die hoeveelheid vocht kwijt te raken.
Bij iemand van 70 kilo is 1% ruim een halve liter en 5% komt neer op 3½ liter. Tijdens sport kun je per uur al 2½ liter uitzweten. Als je niets drinkt, kun je dus na andérhalf uur al last krijgen van uitdrogingsverschijnselen.
Een verlies van 30% lichaamsvocht is over het algemeen dodelijk; rond de 10% is er al sprake van ernstige verschijnselen. Die hoeveelheid kun je in drie uur kwijtraken, als je niets drinkt! Voorkomen van uitdroging is echter heel simpel: drink tijdens het sporten net zoveel water als nodig is om je dorst te lessen en voor de zekerheid één of twee bekers extra.
 
 

 
TE KOUD DRINKEN
Na een grote inspanning op een warme dag lijkt er niets lekkerder dan een groot glas koud water of melk of een stevig ijsje om voor de nodige afkoeling te zorgen. Het nuttigen van zulke ijskoude dingen kan echter voor het nodige ongemak zorgen, als je het te snel doet. Wacht daarom eerst tot je zelf wat afgekoeld bent. Als je iets kouds eet of drinkt, neem dan de tijd om het in je mond wat op te laten warmen voor je het doorslikt.
Je maag en darmen zouden anders weleens heftig kunnen protesteren tegen zo'n koude plons.

Homeopathie
Als het onheil eenmaal is geschied en je ingewanden protesteren, kun je Arsenicum album D6 innemen. Neem eerst 4x 10 druppels om het half uur, daarna nog 2x om het uur. Eventueel kun je nog een aantal dagen 3x daags 10 druppels innemen tot de klachten helemaal verdwenen zijn.
 
 

 
ZONNEBRAND
 
Wie gaat sporten op een mooie, zonnige zomerdag loopt het risico door de zon te verbranden. Zonnebrand is te voorkomen door je lichaam geleidelijk aan de zon te laten wennen. De eerste dag een kwartier, de tweede dag een halfuur, de derde dag drie kwartier en de vierde dag een uur. Daarna kun je zo lang in de zon blijven als je wilt. Het is natuurlijk lang niet altijd mogelijk om je pas na een dergelijke voorbereiding aan de zon bloot te stellen. Een wedstrijd op één van de eerste mooie dagen van de lente of zomer zal bij negen van de tien deelnemers voor verbrandingsverschijnselen zorgen.
Zonnebrand is overigens meestal een eerstegraads verbranding; dat wil zeggen dat je huid rood wordt en je een brandende pijn voelt. Soms is de zonnebrand zo erg dat er sprake is van een tweedegraads verbranding met blaren.
Vooral blonde en roodharige mensen met een lichte huid zijn vaak het slachtoffer. Tweedegraads verbrandingen lenen zich beslist niet voor zelfmedicatie: raadpleeg een arts!

Behandeling
Om zonnebrand zo veel mogelijk te voorkomen, kun je het beste een goede beschermcrème met een hoge factor gebruiken, en eventueel een zonneklep of -hoed om je gezicht te beschermen. Als je denkt dat je al verbrand bent — de huid wordt rood en voelt trekkerig of branderig aan — kun je het beste direct iets met lange mouwen of een lange broek aantrekken.
Sommige mensen krijgen zonne-eczeem in plaats van zonnebrand; in die gevallen kun je je huid insmeren met Papaya-olie. Raadpleeg bij flinke uitslag de (huis)arts.

Homeopathie
Bij een eerstegraads verbranding is uitwendig gebruik van Calendula emulsie voldoende. Dit verzacht de huid en vermindert het brandende gevoel.
Urtica complex kan geprobeerd worden bij zonne-eczeem.
Bij tweedegraads verbrandingen kun je — in afwachting van de arts! —
Cantharis D6 of Urtica D6 gebruiken, 4x 10 druppels om het half uur.
Daarna nog enkele dagen 3x daags als nabehandeling.
 
 

 
ZONNESTEEK

Tijdens een wedstrijd, wandeling of andere activiteit, waarbij je de hele dag van ‘s ochtends vroeg tot ‘s avonds laat buiten bent op een bijzonder hete dag met veel zon, bestaat het gevaar voor een zonnesteek. Ouderen en mensen met een lichtgekleurde huid zijn hier over het algemeen veel gevoeliger voor. Verschijnselen die op een zonnesteek kunnen wijzen zijn hoofdpijn, misselijkheid, duizeligheid en slecht zien. De huid voelt warm aan en is rood en droog, de polsslag is heel snel en ook de ademhaling is versneld.

Behandeling

Roep in dit soort gevallen altijd direkt de hulp van een arts in.
Terwijl je daarop wacht, breng je het slachtoffer in de schaduw; je verwijdert zoveel mogelijk kleding en besprenkelt de patiënt geheel met water.
Het beste kan de patiënt liggen, het hoofd hoger dan het lichaam. Voorkom een zonnesteek door de heetste tijd van de dag te mijden met het sporten, een hoofddeksel te dragen, veel water te drinken en zouttabletten te slikken bij grote krachtinspanningen.

Homeopathie
Homeopathische middelen die de verschijnselen van een zonnesteek kunnen bestrijden zijn Belladonna D6, bij lichte verschijnselen of na de behandeling door de arts (3x daags 10-20 korrels). Glonoinum D4 als nabehandeling bij een flinke zonnesteek (3x daags 1-2 tabletten).
 
 

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Arnica
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Rhus Tox
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Ruta
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Arnica
 
 
 
 
 
 
Rhus Tox
 
 
 
 
 
 
 
Cuprum
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Ruta
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Rhus Tox
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Arnica
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Ruta
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Arnica
Rhus Tox
 
Hypericum
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Arnica
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Calcium
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Symphytum
Calcium
 
 
 
 
 
 
Arnica
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Ruta
Apis mellifica
Cilicea
 
 
 
 
 
 
Arnica
 
 
 
 
Rhus Tox
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Arnica
Ruta
Rhus Tox
Agaricus
 
 
 
 
 
 
 
Ruta
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Rhus tox
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Ampelopsis
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Symphytum
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Calcium
 
 
 
 
 
 
 
Arnica
Bryonia
Senega
 
 
Arnica
Ruta
 
 
 
 
 
Ruta
 
Symphytum
 
 
 
 
 
 
Hypericum
 
 
 
 
Rhus Tox
 
 
 
 
 
 
 
 
Arnica
 
Hypericum
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Arnica
 
 
 
Ledum
 
 
 
 
 
Calendula
Arnica
 
 
 
 
Arnica
 
 
 
 
 
Rhus Tox
 
 
 
 
 
Ruta
 
 
 
 
 
 
 
Phosphorus
 
Calendula
 
 
Symphytum
 
 
 
 
Arnica
Ledum
Hyperycum
Symphytum
 
 
 
Symphytum
Aconitum
 
 
 
Rhus Tox
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Cantharis Spaanse Vlieg
 
 
Apis Mellifica
 
 
Causticum
 
 
 
 
 
 
 
Abrotanum Pentarkan
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Luffa
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Arsenicum
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Calendula
 
Urtica
 
Cantharis Spaanse Vlieg
 
 
Belladonna
Glonoinum